De 5 slaapfouten die bijna alle (vermoeide) ouders met een baby maken
Niets zo heilig als die paar uur slaap als kersverse vader en moeder, toch? Maar we zijn allemaal ook gewoon maar mensen en maken daarom ook weleens een fout.
Met een baby in huis is het druk, dag en nacht. Als je wat langer wilt slapen, dan is het handig om deze slaapfouten niet te maken. En maak je geen zorgen, we herkennen allemaal wel iets in één van deze 5 foutjes:
- Je kind niet zelf in slaap laten vallen. Je wiegt je kind tot het in slaap valt of je laat hem of haar altijd op je borst in slaap vallen. Heel lief en o zo fijn, maar je kind moet uiteindelijk zelf leren in slaap te vallen in een eigen bed. Hou het huid-op-huid contact op momenten dat je kind de borst drinkt of wakker is.
- Te veel knuffels en speentjes in het ledikantje; maak het niet te druk in bed. Dat leidt je kind alleen maar af van het slapen.
- Begin niet te vroeg met een strikt slaapritme: daar heeft je baby van een paar weken oud nog geen boodschap aan. Het frustreert jou alleen maar en je kind gaat er niet beter van doorslapen. Pas vanaf een maand of 4 heeft een duidelijk schema met vaste slaaptijden en slaaprituelen zin.
- Maak het niet te stil in huis: je kind kan vaak beter in slaap doezelen als er een droger aan staat, het jullie stemmen hoort of een vaag televisiegeluid op de achtergrond.
- Pak je baby niet op bij elk geluidje: vaak zijn dit onschuldige brabbels, en maak je je kind alleen maar meer wakker als je hem of haar oppakt. Natuurlijk pak je je baby wel uit het bedje als het echt huilt: maar er is echt een verschil tussen kraaien en huilen.
Bron: Minime
