De 7 fouten die ouders het vaakst maken bij autostoeltjes
Kinderzitjes zorgen tijdens een botsing voor vijftig procent minder kans op een dodelijk letsel bij kinderen. Maar natuurlijk alleen als het zitje op de juiste manier wordt gebruikt. Drie op de vier kinderen blijken niet op een juiste en veilig manier te zitten.
En daar is heel simpel wat aan te doen, gelukkig. Lees hieronder de zeven fouten die het meest gemaakt worden als het gaat om autozitjes.
1. Je kind zit te vroeg met het gezicht naar voren
Je zou denken dat het meer dan logisch is om je kind met het gezicht naar voren ze laten zitten. Maar toch is dit juist niet veilig en het kan zelfs dodelijk gevaarlijk zijn. Stel dat je aan het rijden bent en je een frontale botsing zou maken, dan zou het nekje van je kind kunnen breken. De nek is nog niet sterk genoeg, waardoor ze de klap niet kunnen opvangen. Het is dus belangrijk om tot vijftien maanden je kind altijd achterstevoren te laten zitten. Wanneer je kind ouder is kan het stoeltje wel omgedraaid worden, maar voor de vijftien maanden zeker nog niet.
2. Het autostoeltje staat voorin met de airbag aan
Als de airbag bij de passagiersstoel voor in de auto aan staat, dan mag daar nooit een kinderzitje geplaatst worden. Het zou tot ernstig letsel kunnen lijden als er een ongeluk zou gebeuren. De airbag moet dus altijd uit staan en dat kan makkelijk gedaan worden.
3. De gordel zit te los
Als je de gordel om doet moet het wel strak genoeg zitten, maar natuurlijk niet zo strak dat je kind gewurgd wordt. De gordel mag niet teveel speling hebben en mag bij je kind niet van de schoudertjes afglijden. Als dat zo is betekent het dat je de gordel wat strakker moet trekken. Tijdens het rijden is het verstandig om soms te checken of de gordel nog steeds goed zit, soms doen kinderen hem namelijk onder hun arm. Als op zo’n moment een ongeluk gebeurt, kan het de schok niet goed opvangen wat weer kan zorgen voor een inwendige letsel.
4. Het kinderzitje zit niet goed vast
Als je tijdens het rijden een bocht gaat maken, kan het kinderzitje niet meebewegen. Stel dat je keihard zou moeten remmen door omstandigheden, dan kan het stoeltje de auto door vliegen. De riempjes van het kinderzitje moet je dus heel goed vastzetten.
5. Een tweedehands kinderzitje
Misschien is er weinig budget in huis voor een kinderzitje en denk je hem goedkoop tweedehands te kopen, maar dit kun je beter niet doen. Je weet niet of het stoeltje nog veilig genoeg is en of het iets mankeert. Als er een schroefje of ander onderdeel zou missen kan het al levensgevaarlijk worden. Ook kan het zo zijn dat er eerder een ongeluk is gebeurt met dat autostoeltje, dan biedt het niet de veiligheid die nodig is. De lagen kunnen bijvoorbeeld beschadigd zijn die zorgen voor demping bij een ongeluk. Al met al is een tweedehands kinderzitje kopen geen goed plan.
6. Te snel je kind los laten zitten
Soms denken ouders hun kind even los te laten zitten bij korte ritten. Even naar de supermarkt of even naar opa en oma om de hoek. Dit is niet de juiste instelling en ook geen excuus. Zelfs met de kortste stukjes kan er een ongeluk gebeuren.
7. Winterjas aan bij je kind
Nu de koudere maanden weer zijn begonnen zal je kind sneller een winterjas aan hebben. Maar het is niet veilig genoeg om je kind met winterjas in het kinderzitje te zetten. De gordels kunnen niet strak genoeg aangetrokken worden, waardoor je kind te los zit en er meer kans is om gewond te raken bij een ongeluk. Om het veiliger te houden kun je beter de winterjas gewoon uitrekken, het zekere voor het onzekere nemen.
