‘Ik vind het heel zielig dat mijn vriendin haar kinderen drie dagen per week naar de bso laat gaan’

24.03.2025 17:29
kinderen bso

‘Ja, ik vind drie dagen na school nog door moeten, heel veel. Dat vind ik gewoon zielig. De bso is prima, maar echt voor één dag per week, vind ik. En anders moet je het maar anders regelen op je werk of met een opa of oma. Of desnoods een oppas aan huis. 

Maar voor kinderen nog een hele middag verder moeten? Dat breekt mijn hart.

Ik kan het gewoon niet helpen: elke keer als mijn vriendin haar kinderen naar de buitenschoolse opvang (bso) laat gaan, voel ik een steek van medelijden. Drie dagen per week zitten ze daar, terwijl zij aan het werk is. En hoewel ik begrijp dat het soms niet anders kan, kan ik er toch niet aan wennen.

Mijn vriendin en ik hebben vaak gesprekken over opvoeding en hoe we het beste voor onze kinderen willen. Zij werkt hard om haar gezin te onderhouden en doet dit met volle overtuiging. Toch doet het mij pijn als ik haar kinderen met hun rugzakjes zie vertrekken, wetende dat ze een lange middag in een opvang moeten doorbrengen in plaats van thuis te zijn.

Die arme kinderen weer naar de bso

Ik ben zelf opgegroeid in een situatie waarin mijn moeder altijd thuis was. Dat betekende dat ik na school kon thuiskomen in een warme, vertrouwde omgeving. Er stond altijd een kop thee klaar en ik kon meteen vertellen hoe mijn dag was. Misschien is het nostalgie, maar ik geloof echt dat die momenten mij gevormd hebben.

Begrijp me niet verkeerd, ik veroordeel niemand. Ik besef heel goed dat veel ouders simpelweg geen keuze hebben. De kosten van het leven zijn hoog en niet iedereen kan het zich permitteren om minder te werken. Maar als ik de kinderen van mijn vriendin ophaal en zie hoe moe ze zijn, of hoe ze zich vastklampen aan hun moeder als ze eindelijk thuis is, dan breekt mijn hart een beetje.

Misschien ben ik te gevoelig, misschien kijk ik er met een te romantische bril naar. Maar ik vraag me toch af: moeten we niet met z’n allen kijken hoe we de balans tussen werk en gezin beter kunnen maken? Is er geen manier om kinderen meer thuis te laten zijn zonder dat het ten koste gaat van de financiële stabiliteit?’