‘Af en toe kom je zo’n vreemde naam tegen als voetbalcoach en dan denk je serieus, wat zeg je?’

26.10.2025 20:19

‘Ik werk al jaren als voetbalcoach, en geloof me: ik heb heel wat bijzondere namen voorbij horen komen. Ik heb me er inmiddels in geoefend om bij elke nieuwe kennismaking mijn gezicht neutraal te houden. Maar soms… soms hoor je een naam en moet je echt even slikken.

Laatst bijvoorbeeld. Een nieuwe aanmelding, een jongen van achttien. Ik open het intakeformulier en lees: Sixten.

Ik frons. Sixten? Eerst denk ik dat het een typfout is. Misschien bedoelen ze SixtEEn, als grapje? Of Sixton, met een o? Ik lees het nog eens hardop. “Siks-ten.” Hm. Nee, dit is echt de naam.

Tijdens de eerste sessie loop ik naar de wachtruimte. Daar zit een vriendelijke jongen met een grote glimlach.
“Jij moet Sixten zijn?” vraag ik voorzichtig, half bang dat ik het verkeerd zeg.
Hij knikt trots. “Ja, klopt!”

Alsof het de normaalste naam van de wereld is. En eerlijk gezegd, vanaf dat moment dacht ik er al niet meer aan, hoor.

In het begin voelde het wat vreemd om de naam uit te spreken. Ik hoorde mezelf steeds denken: Zou ik dat wel goed zeggen? Is dit een Scandinavische naam? Een samentrekking van iets? Maar na een paar sessies merkte ik dat het gewoon bij hem paste. Sterk, anders, een beetje mysterieus. Six, noemen zijn vrienden hem. Oké, prima. Apart, maar prima.

Toch blijft het me fascineren, dat moment waarop ik een naam hoor die ik nog nooit eerder ben tegengekomen. Als coach ontmoet je zoveel mensen met verschillende achtergronden, verhalen, karakters. En vaak zegt een naam stiekem al iets over hoe iemand in het leven staat — of over de ouders die die naam ooit kozen.

Bij Sixten dacht ik eerst: Wie noemt zijn kind nou zo?

Maar naarmate ik hem beter leerde kennen, dacht ik: Wie anders dan hij?

De naam past bij hem zoals sneakers bij zijn eigenzinnige stijl. En nu ik hem elke week spreek, klinkt “Sixten” voor mij niet meer vreemd, maar juist krachtig. Maar toch… Soms denk ik, had hem gewoon Daan of James genoemd… Al gek genoeg.’