‘Mijn man neem het niet serieus dat ik zijn moeder niet wil vernoemen, ook niet als tweede naam’

28.10.2025 13:00
moeder niet vernoemen

‘Nee, ik heb geen geweldige band met mijn schoonmoeder. En nee, ik wil ook niet dat onze dochter zo heet, ook niet als tweede of derde naam. En ook niet een variant op haar naam. Gewoon niets.

oen ik zwanger werd, dacht ik dat we alles samen zouden beslissen. De kinderkamer, de kleur van de muur, het geboortekaartje — zelfs over de naam had ik verwacht dat we op één lijn zouden zitten. Maar nu we écht een naam moeten kiezen, botsen we keihard. Niet over klanken of betekenis, maar over traditie.

Mijn man wil ons kindje vernoemen naar zijn moeder. Niet als roepnaam, zegt hij, “gewoon als tweede naam, uit respect.” Ze heet officieel Maria, al noemen we haar altijd Marja. En hij wil dus Maria als tweede of derde naam doen. Of desnoods Mar, of Marja. Maar nee.. Ik wil dat mijn dochter helemaal losstaat van haar oma.

Dus ik wil dat niet. En hij neemt dat niet serieus.

Zijn moeder is geen slecht mens, maar we hebben geen warme band. Onze gesprekken blijven oppervlakkig, en haar aanwezigheid voelt vaak als een oordeel. Ze heeft overal een mening over: hoe ik eet, hoe ik mijn huis inricht, hoe ik mijn tijd indeel. En nu dus ook — via haar zoon — over hoe ons kind zal heten.

Ik wil zijn moeder niet vernoemen

Voor hem is het een eerbetoon. Voor mij is het een last. Een naam is niet zomaar iets dat in een paspoort belandt. Het is een stukje identiteit dat een kind zijn hele leven meedraagt. En ik wil niet dat ons kind, nog voor het geboren is, al de verwachtingen van zijn familie op de schouders krijgt.

Als we onze dochter vernoemen naar zijn moeder, zal dat altijd voelen als háár stempel, niet het onze. En ik weet dat als de situatie andersom was — als ík de naam van mijn moeder had voorgesteld — hij dat ook niet zomaar had geaccepteerd. Ook met haar hebben we weinig contact, of nou ja, we zien elkaar met de feestdagen en hier en daar met een verjaardag. Maar dat is het.

Ik wil geen ruzie, maar ik wil wél dat hij begrijpt waarom dit voor mij belangrijk is. Het gaat niet om zijn moeder afwijzen, maar om ruimte houden voor onszelf. Voor ons gezin.

De oma’s gaan dus ook niet veel oppassen op ons kind. Waarom zou ik me dan houden aan een traditie? Omdat het ‘zo heurt?’. De groeten, we vernoemen lekker niemand.’