Kinderen hoeven hun opa en oma niet te zien als ze dat niet willen, beslist een rechter
Soms lopen familieruzies zo hoog op, dat een rechter moet beslissen wat er moet gebeuren. Zo ook in Italië: een rechter besluit dat kinderen die dat niet willen hun opa en oma niet hoeven te zien.
De ouders van de kinderen verbraken het contact met de opa en oma van de kinderen. Maar de opa en oma wilden juist hun kleinkinderen nog blijven zien.
Een rechter besloot dat dat niet hoefde, zolang de kinderen dat zelf niet zien zitten. “Er bestaat geen twijfel over dat de kinderen profiteren van een goede band met eerdere generaties”, oordeelt de hoogste Italiaanse rechter. Maar omdat er sprake is van een familieruzie en de kinderen geen zin meer zeggen te hebben in de ontmoetingen met opa en oma “kunnen zij daar niet toe gedwongen worden”.
De belangen van de kleinkinderen staan volgens de rechter boven die van de grootouders. Een ‘ongewenste relatie’ kan niet worden opgelegd, helemaal niet nu de kinderen 12 jaar zijn geworden en de situatie dus zelf ook kunnen beoordelen.
En zo zit het in Nederland
Hoe zit het in Nederland? Hier geldt de wet dat grootouders in principe hun kleinkinderen mogen blijven zien.
“De grootouders hebben het recht persoonlijk contact met het kind te onderhouden. Datzelfde recht kan aan ieder ander persoon worden toegekend, indien hij aantoont dat hij met het kind een bijzondere affectieve band heeft. Bij gebreke van een overeenkomst tussen de partijen, wordt over de uitoefening van dat recht in het belang van het kind op verzoek van de partijen of van de procureur des Konings beslist door de familierechtbank. De familierechtbank weigert de uitoefening van het recht op persoonlijk contact enkel als de uitoefening van het recht ingaat tegen het belang van het kind.”
Belangrijk is dat de wet uitgaat van het belang van het kind en dus primeert niet het belang van de grootouders: een rechter kan dus per situatie iets anders besluiten.