Een mola-zwangerschap: als de placenta wel groeit, maar het embryo niet
Een mola-zwangerschap kan voorkomen, maar is wel erg zeldzaam. Tijdens de bevruchting is er iets fout gegaan, waardoor alleen de placenta zich ontwikkelt. Helaas eindigt dit vaak in een miskraam.
Wat is het nou eigenlijk, hoe ontdek je dat je het hebt, en wat zijn de gevolgen ervan? Allemaal vragen die komen opspelen als je hoort over mola-zwangerschap.
Mola-zwangerschap: wat is het?
Bij een mola-zwangerschap is er iets mis gegaan bij de bevruchting. Alleen de placenta groeit door, maar het embryo groeit niet in de baarmoeder. Een mola-zwangerschap is zeldzaam, het komt voor bij de 1 op 2000 vrouwen. In het begin kan je denken dat de zwangerschap goed is gegaan, omdat je buik wel dikker wordt. Dit komt omdat er wel een placenta groeit in je baarmoeder, maar het embryo niet. Je hebt ook een positieve zwangerschapstest omdat je wel het zwangerschapshormoon HCG aanmaakt.
Symptomen van een mola-zwangerschap
Bij een mola-zwangerschap komen veel dezelfde symptomen voor die je wel kent van een ‘normale’ zwangerschap. Alle mola-zwangerschap symptomen voor je op een rij:
- Vermoeidheid
- Misselijkheid
- Veel braken
- Vaginaal bloedverlies
- Buik wordt sneller dik, doordat het hCG-gehalte hoger is
Er zijn twee soorten mola te onderschijden:
- Complete mola-zwangerschap: hierbij wordt een eicel zonder erfelijk materiaal bevrucht door een spermacel. Het hieruit ontstane embryo is niet levensvatbaar.
- Incomplete (ook partiële genoemd) mola-zwangerschap: hierbij wordt één eicel bevrucht door twee spermacellen, ook dit embryo is doorgaans niet levensvatbaar.
Mola-zwangerschap: hoe ontdek je dat je dit hebt?
Het is niet duidelijk waardoor je een mola-zwangerschap kan krijgen. Het ontdekken ervan kan ook toevallig gebeuren, bijvoorbeeld als je een echo-onderzoek hebt. Zodra ze zien dat je te maken hebt met een mola-zwangerschap, worden er verschillende onderzoeken gedaan.
Longfoto: Er zal een longfoto gemaakt worden, er wordt dan geen of de mola-blaasjes naar de longen verspreiden.
Bloedonderzoek: Ze gaan een bloedonderzoek doen om de kijken of je hCG-waarden te hoog is. Als die namelijk te hoog is dan is er meer placentaweefsel aanwezig, hierdoor is de ‘mola’ ook actiever.
Echoscopie: Bij echoscopie gaan ze ‘kijken met geluid’ via een echo. Zo zie je of er een baby in de baarmoeder zit.
Lees ook: ‘Betere hygiëne in de zwangerschap kan voorkomen dat je kind doof wordt’
Welke behandelingen zijn er?
Er zijn drie behandelingen mogelijk voor een mola-zwangerschap. Welke behandeling je krijgt heeft te maken met je klachten en wat de resultaten waren van het onderzoek in het ziekenhuis.
Dit zijn de twee behandelingen die mogelijk zijn:
- Curetagge: De arts zal bij een curettage het mola-weefstel weghalen doormiddel van een verdoving.
- Chemotherapie: Het kan zo zijn dat de mola zich verder gaat uitbreiden via het bloed naar de longen. In het ergste geval kan het ook uitbreiden naar de andere gevallen, dit noem je een persisterende trofoblast. Wanneer je last hebt van van persisterende trofoblast is chemotherapie nodig.
Het kan ook zijn dat je geen kinderen meer wilt nemen, omdat je toch geen kinderwens meer hebt. In dit geval kan je er ook voor kiezen om je baarmoeder te laten verwijderen.